Energie & Water Bewust Bouwen, Verbouwen en Wonen
Waarom?
Hoe langer we wachten, hoe hoger de kosten van een wijzigend klimaat oplopen en hoe groter het risico op onomkeerbare klimaatverandering. Verder uitstel van verregaande energie- en klimaatmaatregelen is dan ook geen optie. Om de klimaatverandering binnen de perken te houden, wil Europa tegen 2020 20% hernieuwbare energie produceren, 20% energie besparen en 20% minder CO2 uitstoten. Maar dat zal niet volstaan, verdere stappen zijn noodzakelijk. Om het tij te keren, moeten we evolueren naar een maatschappij die veel zuiniger omspringt met energie en die voor 100% draait op duurzame hernieuwbare energie.
Energiebesparing is de eerste prioriteit in de strijd tegen de klimaatverandering. Onze gebouwen verbruiken 72% meer energie dan het Europees gemiddelde. Daar is dus nog gemakkelijk winst te halen..
Voorbeeldje: Ook in de gebouwen die lokale besturen zelf bezitten brengt verregaande energiebesparing en duurzame renovatie snel geld op. Zo installeerde Viessmann, na een grondige analyse van de site, een nieuwe verwarmingsinstallatie in de Antwerpse Karel de Grote hogeschool. Door deze investering wisten zo het brandstofverbruik terug te dringen met 46% en het energieverbruik voor verwarming zelfs met 95%. De hele investering was op 3 jaar terugverdiend. Gelijkaardige besparingen zijn ook haalbaar voor de rest van ons verouderd patrimonium.
Enkele ideeën om rond te werken:
Bouwen:
Verbouwen:
Wonen:
Wonen in de binnenstad (dorpskern...,…) – ‘The place to be!’ – voor een groene toekomst
Waarom?
Vlaanderen is de meest versnipperde en verkavelde regio van Europa. Bebouwing in Vlaanderen is zeer sterk verspreid, zonder duidelijk patroon. De ellenlange slierten lintbebouwing – naar schatting 6.000 km – zijn uniek in Europa. Het Vlaamse woonmodel is door de lage dichtheid enorm ruimteverspillend. De gemiddelde oppervlakte van een bouwperceel bedraagt ongeveer 860m². Slechts één woning op drie is een rijwoning, de rest zijn open of halfopen bebouwingen. De typische Vlaamse verkavelingswijken zijn als confetti uitgestrooid over het Vlaamse grondgebied. Dat ondoordacht ruimtegebruik zorgt voor diverse problemen. De overmatige verharding en ruimtelijke versnippering zorgen voor druk op de biodiversiteit. De afgelegen ligging van vele woningen heeft mee gezorgd voor een sterke toename van het autoverkeer en zorgt voor dagelijks fileleed en luchtvervuiling. De vele lintbebouwing zorgt voor verkeersonveilige situaties door de menging van traag lokaal en snel doorgaand verkeer en ligt mee aan de basis voor het grote aantal verkeersslachtoffers op jaarbasis. Door de systematische verstening van Vlaanderen kan water niet meer infiltreren in de bodem, met jaarlijks terugkerende wateroverlast in heel wat gemeenten als gevolg. Door het sterk verspreide bebouwingspatroon lopen ook de kosten voor allerlei nutsvoorzieningen - zoals waterzuivering, afvalophaling of postbedeling - enorm hoog op. Zelfs de prijs van het internet is daardoor in Vlaanderen tot twee maal zo duur als in Nederland. Bovendien is op vele plekken het openbaar vervoer omwille van de verspreide bebouwing niet meer rendabel. Volgens de meest recente prognoses moet in Vlaanderen rekening gehouden worden met een vrij forse bevolkingstoename, waardoor er de volgende 15 jaar nood is aan meer dan 300.000 extra woningen.
Hoe?
Hoe kunnen we die nood aan bijkomende woningen in Vlaanderen op een duurzame manier opvangen? Voorbeeld door inbreiding en verdichting in de stads- en dorpskernen centraal te stellen. In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, is in onze steden en gemeenten de ruimte hiervoor wel degelijk aanwezig. Door hier te bouwen aan een hoge dichtheid, gecombineerd met veel (openbaar) groen, kan in de kernen een aantrekkelijk, duurzaam en betaalbaar woonaanbod voorzien worden, voor gezinnen met kinderen die nu vaak geen ander alternatief hebben dan een woning in een verkaveling. Maak plaats voor meer bewoners in de kern van steden en gemeenten, in plaats van nieuwe verkavelingen aan te snijden die in het buitengebied liggen. Deze bewoners profiteren van de nabijheid van de plaatselijke middenstand, scholen, enz. Dankzij die korte afstand zullen de bewoners ook gemakkelijker op de fiets springen voor boodschappen of ontspanning. Dit verlicht de parkeerdruk en vermindert luchtvervuiling. De stad of gemeente zelf bespaart doordat de nutsvoorzieningen, zoals rioleringen, al aanwezig of zeer dichtbij zijn.
Verschillende stads- en dorpsvernieuwingsprojecten tonen aan dat wonen in de stads- of dorpskern voor de doorsnee Vlaming minstens even aantrekkelijk is als wonen in een alleenstaande villa in het groen. Door de beschikbare ruimte zuinig en intensief te gebruiken, blijft er meer ruimte over voor publiek groen en speelruimte voor kinderen en jongeren. Door compacter te bouwen wordt automatisch energie bespaard en moet minder geïnvesteerd worden om een passiefwoning te realiseren. Door in de kernen te bouwen ontstaan levendige woonbuurten met veel sociale contacten. Door een hogere bevolkingsdichtheid kan het openbaar vervoer rendabeler worden uitgebouwd en kunnen woonwijken autoluw worden ingericht. Zo ontstaan aantrekkelijke en gezinsvriendelijke woonwijken: dichtbevolkt, autoluw, met veel groen en veel doorsteekjes voor fietsers en voetgangers.
Enkele ideeën:
Verfraaien:
Leefbaar:
Gezellig: